Lowensteyn Family

Bibliothek des Deutschen Freimaurermuseums Bayreuth 6298 LOWENSTEIJN, G. F. E. W.: Lijst van logen welke onder het grootoosten der Nederlandse grootmachten op Nederlands gebied werken of gewerkt hebben. o.O. 1961, 27, 157 S. Zurück zum Register L

© Deutsches Freimaurer Museum Bayreuth December/2006

George Franciscus Egbertus Wilhelmus Löwensteyn (1895-1980)

Opgeschreven door Henny Löwensteyn-Glasbergen

Als jongste dochter zal ik proberen het een en ander te schrijven over mijn ouders en van ons doen en laten in Indonesie, het voormalige Nederlands Indie.

Mijn vader werd geboren op 1 augustus 1895 in Den Haag en ging, uitgezonden door de Nederlandse Regeering, als jong douane ambtenaar naar Indie.

Zijn eerste standplaats was Lhokseumawe in Atjeh. Mijn moeder kwam daar 1 jaar later als "handschoentje" en in 1919 werd mijn zuster Loes daar geboren.

In 1921 werd vader overgeplaatst naar Batavia (Djakarta), waar ik in 1921 geboren werd.

Vooral nadat vader tot inspecteur was benoemd, reisde hij veel en werd ook vaak overgeplaatst, zoals naar Gorontalo op Celebes (Sulawesi). Wij bleven dan met moeder in Batavia waar Loes en ik onze opleidingen voor onderwijzeres kregen.

Gedurende de jaren in Indie, gingen we om de zes à zeven jaar met verlof naar Nederland, de laatste keer in 1939, toen het land al gemobiliseerd was.

Terug in Indie werd vader weer in Batavia geplaatst, maar vertrok kort daarop met moeder naar Manado op Celebes (Sulawesi), terwijl Loes en ik in Batavia bleven.

Toen de oorlog uitbrak werd moeder in Manado geinterneerd, terwijl vader werd overgebracht naar Makassar (Makasar, Sulawesi). Zo waren we dus allemaal apart. Het was een harde tijd vooral omdat we niet wisten hoe het met de anderen ging. Moeder werd na de bevrijding door de Amerikanen overgebracht naar Morotai (Morotai Selat, ten noorden van Halmahera). Mijn vader, die dat via het Rode Kruis gehoord had, ging toen ook naar Morotai, vanwaar ze samen naar Brisbane vertrokken. Loes en ik hoorden dit pas vier maanden na de oorlog via het Rode Kruis en je kan begrijpen wat een weerzien dit was na al die ellendige oorlogsjaren.

Na enige maanden hertrouwde Loes, ze was weduwe geworden, en ging met haar man, die voor de K.L.M. werkte, naar Johannesburg, terwijl ik flightnurse bij het 19e Squadron,werd. Later werden we beiden stewardessen bij de K.L.M. Ik werd overgeplaats naar Batavia, maar vader en moeder bleven in Brisbane waar vader voor de N.I.W.O.E. werkte, de organizatie die alles regelde voor exgeinterneerde Nederlanders. In 1947 kwamen ze terug naar Batavia en vlak daarna werd vader overgeplaatst naar Medan (Sumatra). Na zijn pensionering ging hij voor de regering op Sumatra werken (dit was de periode dat Sumatra niet bij Indonesie wilde).

Toen alles in Indonesie voor ons misliep, bleef er maar één keuze over en gingen we met z'n drieen in 1950 terug naar Nederland.

Vader en moeder gingen in Leidschendam wonen. Vader werkte nog een poosje in Rotterdam voor het department van Financieen. Ik woonde tot m'n huwelijk in Amsterdam, maar in 1952 emigreerden we naar Canada.

Vader en moeder misten Indonesie erg. Hij was als jong ambtenaar naar Indie gegaan, had daar carriere gemaakt, opklimmend tot Hoofd Inspecteur, en had toen alles moeten achter laten. Hoewel hij uitgezonden was door de Nederlandse Regeering, hebben ze niet veel gedaan voor vader, en vele anderen die in hetzelfde schuitje zaten, en dat heeft hem erg gehinderd. Gelukkig waren Loes en ik af en toe in Nederland, terwijl m'n ouders ook enkele reizen naar ons toe maakten.

In Leidschendam bracht vader tot z'n dood in 1980, de tijd door met z'n liefhebberijen, zoals postzegels verzamelen en het opzetten van een bibliotheek ter plaatse. Moeder stierf in 1984.

Publiceerde in 1961: Lijst der Loges, welke onder het Groot Oosten de Nederlanden, en Logen welke onder buitenlandse Grootmachten op Nederlands gebied gewerkt hebben.

JAPANSE BURGERKAMPEN Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden in het voormalig Nederlands-Indië in de periode maart 1942 - augustus 1945 ongeveer 100.000 Nederlandse burgers geïnterneerd. De mannen werden gescheiden van de vrouwen-en-kinderen. Vanaf 1944 werden oudere jongens ondergebracht in de mannenkampen of in aparte jongenskampen.

Menado St Jozef Noord-Celebes Ligging: Menado lag aan de noordkust van Celebes, op de oostelijke punt van het schiereiland Minahassa.

Het St Jozef-Gesticht was het Zusterhuis (Zusters van JMJ) in Menado. Dit zuster­huis lag aan de Resi­dentielaan; het werd in de oorlog geheel verwoest en is na de oorlog op dezelfde plaats herbouwd, het ligt nu aan de Jalan Sam Ratulangi 62.

Het kamp was ondergebracht in enige zalen van het schoolinternaat. Kampcommandant Kampbewaking: inheems politiepersoneel Kampleiding: Hr Löwensteyn

http://www.japanseburgerkampen.nl/St%20Jozef%20Menado.htm

(zie ook het verhaal van Henny Löwensteyn-Glasbergen)